Een leerweg op niveau kan soms erg moeilijk zijn, zeker als je het niveau van de leerlingen niet goed kan inschatten doordat je nieuw bent in een klas of als je slechts enkele uren in die klas lesgeeft. Daarom is het aangeraden om je indeling te maken afhankelijk van een diagnosetoets. Deze kan je afnemen na het bekijken van de theorie, of als het deel herhaling is van eerder geziene leerstof. Na het verbeteren van de diagnosetoets kan je de leerlingen dan een leerweg aanbieden. Bij het verbeteren van de diagnosetoets is het natuurlijk wel noodzakelijk om een onderscheid te maken tussen rekenfouten, tekenfouten en fouten tegen de rekenregels. Hier kan je dan nadien als leerkracht beter op inspelen tijdens de les en bijsturen waar nodig. Indien je als leerkracht denkt te weinig tijd te hebben om alle diagnosetoetsen tegen de volgende dag te verbeteren, is het mogelijk om deze diagnosetoetsen door de buur te laten verbeteren. Zo krijg je al een beter zicht op het aantal fouten en moet je nadien enkel nog beslissen welke leerweg elke leerling krijgt.
In bijlage vind je twee leerwegen, de leerweg "zoo" is voor leerlingen die de leerstof al goed begrijpen en de leerweg "boerderij" is voor leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben. De leerlingen kunnen op hun eigen tempo werken en op hun eigen niveau. De leerlingen met de leerweg boerderij krijgen ook extra hulpkaders aangeboden waarin de theorie staat beschreven. De leerlingen met de leerweg zoo krijgen extra oefeningen van een moeilijker niveau.
De leerlingen gaven aan dat ze dit een heel leuke manier vonden van les volgen. Ze konden werken op hun eigen tempo en vonden de lay-out met de dieren heel leuk aangezien ze dit telkens mochten kleuren nadat ze de opdracht volbracht hadden. Als leerkracht kan je hierbij ook vragen om bij meer dan twee fouten de dieren blauw te kleuren en bij minder dan twee fouten geel. Zo krijgen de leerlingen een duidelijk overzicht over hun kunnen. Als leerkracht is dit ook een heel vlotte manier van lesgeven aangezien de leerlingen steeds actief aan het werk zijn en leerlingen met extra ondersteuning deze ook terugvinden op hun leerweg.
EXTRA: Als je een leerweg maakt, kan je in je leerweg dezelfde dieren steken in volwassenenvorm en babyvorm. Deze oefeningen beogen dan dezelfde doelen, maar op een ander niveau. Zo kunnen de leerlingen opbouwend werken met eerst makkelijkere oefeningen (babyvorm) en daarna iets moeilijkere (volwassenenvorm). Indien de oefeningen bij leerlingen dan goed lukken, kan je ze enkele babydieren laten overslaan.